Eieren

Wilt u koude gekookte eieren warm eten?
Leg ze dan even in kokend water; ze worden niet harder.

Kook eieren uit de koelkast 1-2 minuten langer dan de eieren uit de provisiekast of de winkel.

Voeg bij het koken van gekneusde eieren een scheutje azijn aan het water toe.
Meestal blijven ze dan wel heel.
U kunt ze ook in aluminiumfolie wikkelen.

Een ei loopt tijdens het koken niet uit als u in de bolle kant van de schaal een gaatje prikt.

Hebt u een ei met een barst erin, smeer deze dan met een beetje boter in om uitkoken te voorkomen.

Houd een warm pas gekookt ei even onder de koude kraan.
U kunt het dan beter pellen.
Dit voorkomt ook dat de gele dooiers zwart worden.

Wilt u weten of een ei vers is, leg het dan in een bakje koud water. Een vers ei blijft op de bodem liggen, een “ouder ei” gaat zweven.

Eiwit tot schuim kloppen gaat gemakkelijker als u een mespuntje zout of een druppel citroensap toevoegt.

Geklopt eiwit blijft langer stijf als u tijdens het kloppen een mespunt bakpoeder toevoegt.

Weet u niet of een ei gekookt of rauw is, draai het dan rond op tafel of aanrecht.
Een rauw ei draait gemakkelijk, een gekookt veel minder.

Ongewassen eieren blijven langer goed dan gewassen eieren.

Bereid roereieren met gecondenseerde melk.
Ze worden dan veel luchtiger.

Gepocheerde eieren kunnen goed worden bewaard in koud water. Verwarm ze voor het opdienen ongeveer 1 minuut in heet water.

Gepocheerde eieren houden hun vorm door een scheutje azijn in het kookwater te doen.

Een scheutje mineraalwater door roerei en omelet maakt het lichter en luchtiger.